Lieve mensen,
Vandaag schrijven we 10 mei 2001. Morgen is het in Holland "Biddag voor het gewas", in Denemarken heet dat "Store Bededag" en dat betekent hier nog steeds een vrije dag! (Al is Denemarken langzamerhand zo onkerks, dat bijna niemand meer weet wat voor 'n dag en waarvoor die dag is. Volgens een Deens schrijver vormen de Denen een volk van 5.5 miljoen atheististen,die allemaal lid zijn van de lutherse "Folkekirke")
Mijn Nederlandse collega in de taalschool ,Hans Scholten, en z'n vrouw hebben de gelegenheid aangegrepen om morgen hun galerie te openen. Hij gaat eigen beeldhouwwerk verkopen, maar voornamelijk werk vanuit het Zimbabwaanse Tengenenge. De Zimbabwaanse ambassadeur in Scandinavië komt de galerie openen. Mijn medecursist en z'n vrouw hebben vorig jaar een oude boerderij gekocht in het plaatsje Granslev, dat stelt helemaal niets voor, misschien 100 inwoners, maar morgen wordt het dus echt "op de kaart gezet". Hij handelt dus in beeldhouwwerk, z'n vrouw was docente aan het conservatorium van Aarhus, zij gaat in een deel van de boerderij kamerconcerten organiseren en stem- en zangtraining geven.
Een andere medecursist, Ornella, is Italiaanse, zij deed een opleiding in Italië als fresco-restaurateur en zij is nu als zodanig hier aan het werk. Zij doet nu een restauratie in een zaal van "Hvidsten Kro". Dat is een oude herberg uit het jaar 1630, met oude vakwerk-gebouwen en al een paar eeuwen eigendom van dezelfde familie.
In deze familie was in de negentiende eeuw de (rijke) dochter verliefd op een arme
timmermansleerling. De plaatselijke dominee, die ook een bekend romantisch dichter
was, Steen Steensen Blicher, hoorde van de problemen van het paar en heeft ze in het
geheim getrouwd!
De vader van de bruid was uiteraard razend, maar kon niets anders dan het huwelijk
accepteren, temeer daar dit volgens de dominee ook "reeds was voltrokken".
Dit verhaal is in het begin van de vorige (20e-) eeuw op de muren van een van de zalen
van de herberg in fresco geschilderd en wordt nu door Ornella gerestaureerd.
Als die restauratie wil lukken, is er voor Ornella nog wel meer werk, want ook hier
worden regelmatig kerken gerestaureerd en er is groot gebrek aan restaurateurs.
Met onze "klas" zijn we naar haar werk wezen kijken. Zo'n restauratie is een enorm
priegelwerk.
Eerst wordt het fresco schoongemaakt. Met een injectiespuit wordt een
mengsel van (veel) gedestilleerd water en (weinig) medicinale alcohol drupje voor
drupje in de kalklaag gespoten en het nat wordende fresco wordt voorzichtig
schoon-gedept met een natuurspons.
Als het fresco zo is schoongemaakt, wordt een grof geweven stuk textiel op het fresco
gelijmd,en daaroverheen wordt stevig karton gelijmd, beide keren met ouderwetse hete
beenderlijm. Met dit textiel en karton wordt het mogelijk om de oppervlaktelaag van
het stucwerk met daarin het fresco af te nemen. De (kale) muur kan nu
worden gerestaureerd, gepleisterd en het fresco weer opgebracht. Volgens Ornella was
het bestaande pleisterwerk van zodanig slechte kwaliteit, dat deze procedure gekozen
werd. Monumentenzorg was het met haar eens! Er gaat nu een nieuwe muur gemetseld en
gepleisterd worden met een klassieke kalkmortel met gewassen zand en gemalen marmer,
"en zo hoort dat!", zegt Ornella.